zondag 9 april 2023

Kleine Wandelavonturen: kikkerachtige, verdwenen groen, Franse Buldog

 

Open ruimte kan zo mooi zijn...

Kleine Wandelavonturen: padachtige, nieuwbouw, Franse Buldog.

Een nieuwe reeks: korte stukjes over de kleine avonturen die mijn hond en ik beleven tijdens onze dagelijkse wandeling, doorheen alle seizoenen...

Aan het einde van de straat ligt een overreden padachtige. Ik zie de uitgewaaierde witte kieuwen: als van een kikkerprins uit een onderwatersprookje. De ingewanden liggen lillend en roze verspreid tussen het slijk. Misschien was dit individu op weg, na de lange koude winter, naar de vijver in onze tuin. Ik denk aan de paddenoverzet, waarbij mensen de uit hun winterslaap ontwaakte padden helpen om veilig de weg over te steken. 

De wandeling is grauw vandaag: het heeft veel geregend en overal zijn plassen, zompige bermen, modder op de weg. We komen voorbij een nieuwbouwwoning -- het pas geplaatste raam blinkt en weerspiegelt de wolken. Een enorm gebouw met grote ramen -- er vlak naast is een enorme kuil waar ook reeds beton en bouwijzers in gegoten is. Wat zou hier komen? Een garage voor drie auto's? 

We wandelen verder en ik tel de plaatsen waar tevoren wei of bos was en waar nu een nieuwe woning staat. Het zijn er veel. Ik herinner me het veld achter het huis waar ik opgroeide, en het bos. Het was een fijne, wilde plek met brem en hoog gras en naaldbomen, waar vandaag niets van overblijft. Grote woningen met grote opritten staan er nu, en keurig onderhouden gazons en hagen. 

Sinds we hier zijn komen wonen -- tien jaar geleden -- zijn er onnoemelijk veel huizen bijgebouwd. Het is vreemd om te merken hoe die tendens, die zich al voltrok toen ik nog kind was, zich nog steeds verderzet. De weidse vergezichten die je hier nog kan vinden, omwille van het dunner bevolkte gebied en door het glooiende landschap, worden schaarser. 

Dat weet ik ook aan de toiletgewoontes van de hond. Verwende plattelandshond als ze is, weigert ze haar hele leven al halsstarrig om op beton te kakken. Steeds langer sinds we hier wonen moeten we lopen, tegenwoordig, voor ze een geschikt, onverhard stuk groen vindt om haar gevoeg te doen.  

We passeren alweer een nieuw woonblok. Vier identieke lego-achtige rechthoeken, allemaal nog nagelnieuw en hagelwit. Op elk van de parkeerplaatsen ervoor staat een auto. Plots horen we een dreun: een Franse Buldog smijt zichzelf tegen het grote raam op de parterre, keer en keer opnieuw. Hij staart ons aan met zijn puilogen en doet zijn bekje open en dicht, dus hij moet wel aan het blaffen zijn, maar we horen hem niet, want hij springt tegen driedubbel glas. 

Esthetisch gezien past hij perfect bij het strakke interieur dat ik door het glas heen kan zien. Zijn zachtgrijze mollenvelletje, zijn komieke platte snuit, de rechtopstaande oren, het gestroomlijnde stompe staartje: ze harmoniseren met de andere meubels. Ik zie voor me hoe hij zijn dagen doorbrengt, hier: van 's ochtends tot 's avonds alleen, tussen de mooie meubels, wachtend tot zijn baasjes van hun werkdag thuiskomen. En telkens hij iets ziet bewegen door die ondoordringbare muur tussen hem en de echte wereld, werpt hij zich ertegen. 

We lopen verder, door de herinneringen aan het verdwenen groen.  

Geen opmerkingen: