Nee, de plant op de foto is GEEN distel. Waarom ik die foto hier dan tussenzet? Dat lees je hieronder...
Sinds enkele jaren groeien er een tiental stekelige distels in onze voortuin. Tot nu toe heb ik ze telkens uitgetrokken of afgeknipt.
Distels staan immers bekend als de Vloek der Tuinier en der Landbouwer. Boerenplaag, worden ze wel eens genoemd. En ook hun onderlinge namen zijn veelzeggend: speerdistel, kale jonker, Spaanse ruiter, en - oh wee! - de langstekelige distel.
Vroeger waren distels verboden. Dat kwam zo: handschoenen zoals wij die nu kennen, waren nog niet echt alomtegenwoordig. En distels hebben venijnige stekels. Boeren en tuiniers die de distels te lijf durfden gaan, verwondden hun handen. Die wonden konden dan weer besmet worden met bacteriën uit paardenmest - vaak gebruikt op het land - en zo kon je uiteindelijk doodgaan aan besmetting met tetanos - ook gekend als 'de klem'. Distels waren destijds dus wel degelijk levensgevaarlijk. Geen wonder dat ze verboden waren. De wet met het verbod dateert uit 1887.
En het idee dat distels, nog steeds, verboden zijn nu, leeft nog hard.
Vandaar ook dat ik telkens braaf de distels in mijn tuin afknipte voor ze konden gaan bloeien.
Maar... dit jaar was ik te laat om ze te maaien of uit te doen. Plots stonden er tientallen vrolijk paarsgekleurde bloempjes in bloei.
Op een voormiddag ging ik kijken. Ik telde spontaan wel elf verschillende soorten insecten tijdens de vijf minuten dat ik er stond: zandoogjes, kevers, kleine zweefvliegen, grote zweeefvliegen, hommels, honingbijen, en ja, ook gewone vliegen.
Op de foto's kan je wat insectenimpressies zien - helaas zijn de foto's wat vaag, net omdat er zoveel beweging en leven was!
Mooie paarse bloempjes...
Bloemenzee...
Eigenlijk best mooi, zo'n distelzee met wuivende paarse bloempjes...
Een rare rode kever die ik niet ken.
Hommeltje.
Volgens Natuurpunt in dit artikel is de distelbestrijding in onze buurlanden al lang afgeschaft, en nu ook bij ons, omdat distels echt waardevolle natuurplanten zijn.
Toen ik daar tussen de distels stond, was ik echt verrast. Ten eerste door de schoonheid van die paarse bloempjes en uitgebloeide pluisbollen, die wiegden in de wind, en door het legio gezoem, gezweef, gevlieg en gefladder van talloze insecten - al dat leven! Ten tweede vond ik het fijn om al die insecten te horen: ze zoemden, gonsden, bromden. Ten derde was ik verbaasd over de sterke, naar honing ruikende bloemengeur die ik waarnam.
Ik vroeg me af: zijn er ook distels die geliefd zijn bij de mens?
En ja hoor: kogeldistel (prachtige blauwe bloemen) komt als sierplant in heel wat tuinen voor, mariadistel heeft niet alleen een prachtig gevlekt blad maar staat ook bekend om haar heilzame werking op de lever, kardoen is een eetbaar en geliefde 'vergeten' groente van weleer, (in de tuinen van Hex kweken ze het nog steeds, op traditionele manier), en laten we ook de fantastische artisjok niet vergeten. Die bloem wordt in gesloten vorm gekookt en geserveerd als delicatesse, en in bloeiende vorm is het zo'n ongelofelijk prachtige bloem dat je haar nooit meer vergeet.
Zelf ben ik dol op de grote kaardebol in mijn tuin. Een tweejarige distel, die heel wat hommeltjes aantrekt met haar fijne bloempjes en die ook in de winter een mooi plaatje biedt, als de vogeltjes er zaadjes uit opeten. Vroeger gebruikten mensen de gedroogde bloemhoofden als kam om wol mee te kaarden: vandaar de naam. Ook prachtig aan de kaardebol is om te zien hoe hij water vasthoudt: in droge periodes kunnen vogels en insecten ervan drinken.
Zijn er nog voordelen aan distels te vinden?
-Misschien helpt het de reputatie van de distel als je weet dat hij familie is van de zonnebloem!
-De distel is handig bij het overleven: je kan het pluis van de uitgebloeide bloemen als tondel gebruiken (om een vuur mee te starten). Of je kan de stelen breken bij grote droogte, want die houden water vast.
-Er zijn mensen die distels eten! In Portugal worden ze zelfs op de markt verkocht. Uiteraard moet je de stekels zien te verwijderen. Je kan thee zetten van de bladeren, bijvoorbeeld. De bloemblaadjes zou je naar verluidt ook als kleurstof in eten kunnen gebruiken, ter vervanging van saffraan. Uit de zaden kan olie gewonnen worden. De nog gesloten bloemknopjes kan je rauw eten, pekelen, of fermenteren. De stelen kan je koken. En de wortels zijn ook eetbaar: rauw, gekookt of gebakken, of zelfs gefrituurd - naar het schijnt smaken ze selderachtig.
Ter inspiratie post ik hier wat linkjes naar recepten met distels. Persoonlijk vind ik het meer iets voor na de apocalyps, maar wie weet heb jij er wat aan!
-Distelblad salade
-Distels in amandelsaus
-7 manieren om distels te gebruiken, o.a. sap, truffels, melk, brood en als grondstof om paddenstoelen op te kweken!
-Lofzang op de heilzame leverwerking van distels, met een recept voor een tinctuur
-Distellimonade!
-En op medicinaal vlak staat de hele distelfamilie gekend voor haar heilzame effect op de lever.
Nu het verhaal van de prachtige plant op de foto en de link met distels.
Onlangs snuisterde ik wat door de stad rond, en mijn oog viel op de kleurrijke gevelplant hierboven. Benieuwd ging ik dichterbij: ik kende deze bloemen niet - ze zagen er exotisch en betoverend mooi uit - en ik wilde wel eens kijken of ik misschien een stekje kon nemen?
Hoe zou de plant ruiken? Zou hij makkelijk te kweken zijn? Familie van de bougainvillea, mogelijks?
Ik stond vlak voor de bloemen, en toen viel me iets vreemds op.
Het was stil. Er was geen leven. Er zaten geen insecten op de bloemen. Ik snoof en kon geen bloemenaroma waarnemen. Ik keek van dichterbij, en zag... dat die mooie plant van plastic was. De blaadjes glansden nep en onnatuurlijk.
Ik voelde me bedrogen!
Op de foto hierboven kan je eigenlijk al zien dat de 'plant' geen stam heeft, maar dat had ik dus niet opgemerkt.
Hoe mooi het er op het eerste gezicht ook uitziet, ik vond de afwezigheid van leven, van geur, van geluid... Vreselijk.
Als kind ging ik met mijn ouders op reis naar Spanje, in de jaren tachtig. Een volle dag en een nacht rijden. Ik herinner me hoe het noodzakelijk was om aan elke stop, elk tankstation, met een emmer en een sopje de voorruit te kuisen: want die zag dan zwart van de geplette insecten.
Tegenwoordig hoeft dat wassen niet zo vaak meer: er zijn eenvoudigweg niet zoveel insecten meer.
Fijn, zal je misschien denken. Ik durf wedden dat je niet van vliegen, wespen, muggen enzovoort houdt, om maar te zwijgen van vlooien en teken. Ik ook niet. Ik heb een hele blog geschreven tegen teken. Sommige insecten zijn echt strontvervelend.
Maar, is het geen vreselijk idee, als er helemaal geen insecten meer zouden zijn?
Geen bestuiving. Geen vogels. Geen zwaluwen die door de lucht scheren. Geen krekelgezang, laat op een zomeravond in de schemering. Geen kikkers in de poel, geen vissen. Wie zouden we zijn, als er nooit meer vlinders door de lucht dwarrelden?
Moeten we echt alle distels bestrijden? Moeten we in de plaats van vervelend onkruid dat vervelende insecten aantrekt allemaal mooie maar levenloze plastic planten tegen de muur spijkeren?
Distels prikken. Ze zijn een rotvervelend onkruid om in je groentebed te ontdekken, en toch...
Ik vond het een bijzonder waardevolle ervaring om tussen die paarsgekleurde bloemen te staan, en tussen het pluis van de uitgebloeide toppen.
En daarom laat ik mijn distels lekker staan.
NB: ik vind communicatie met mijn buren ook heel belangrijk. Mochten zij echt heel veel last hebben van de distels, dan is uiteraard alles bespreekbaar.
Misschien vind je mijn eerbetoon aan de prachtige paardenbloem, nog zo'n verguisd (on)kruid, ook wel leuk om te lezen!
En misschien is ook de site van byebyegras (make Europe wild again!) iets voor jou.
Wat doe jij met distels?
2 opmerkingen:
Laat ik nu net een aantal weken geleden bij een heemtuin in het zuiden van het land een distel gekocht hebben. Ik houd van distels. Ze hebben zo'n mooie kleur en inderdaad, ze zijn goed om insecten aan te trekken in de tuin.
Supertof!
Een reactie posten